Giacometti is opgegroeid in een artistieke familie zijn vader was een post-impressionistische schilder en zijn broer een kunstschilder en handwerksman die Alberto mocht assisteren. In 1919 schreef Giacometti zich in bij de kunstacademie in Genève, die hij op korte tijd al verliet om zich aan te melden voor de beeldhouw klas van de kunstnijverheidschool.

Hij bezocht in 1920 samen met zijn vader ook enkele keren Italië. op de Biënnale en het San Marco plein in Venetië deed hij veel inspiratie op. Daarna verbleef hij nog een tijdje in Florence, Assisi en Rome. 

Vanaf 1922 woonde en werkte hij in Parijs waar hij enkele bekende kunstenaars leerde kennen en mee mocht samen werken. Daar kreeg hij ook de smaak van het surrealisme te pakken. In Parijs had hij ook zijn eigen atelier. In 1940 tot 1966 winden hij in Genève waar hij ook zijn echtgenoten heeft leren kennen. Giacometti kreeg al snel belangrijke exposities waaronder in de Pierre Matisse Gallery in New York. Tijdens de Biënale in Venetië van 1962 ontving hij de grote prijs van de beeldhouwkunst. Hij overleed in 1966 aan de gevolgen van een hartziekte en chronische bronchitis. Hij ligt nu begraven in Borgonovo.